Over de Gloriosa
De Gloriosa, ook wel 'prachtlelie', komt van oorsprong voor in de natuur van India en het centraal tot zuidelijk deel van Afrika. Deze knolvormende klimplant kan buiten, bij het juiste klimaat, wel anderhalf tot twee meter worden. In de kas kan dit wel drie tot vijf meter worden. De planten zijn waarschijnlijk begin 1900 door engelse ontdekkingsreizigers meegenomen naar andere continenten. Gloriosa is familie van de liliacea met als onderfamilie Colchicaceae. Omdat Gloriosa colcichine bevat zijn alle delen van de plant uitermate giftig. In de jaren 50-60 heeft het pharmaceutisch bedrijf Philips Duphar in Nederland onderzoek gedaan naar de gebruikswaarde van colchicine uit de Gloriosa voor geneeskrachtige doeleinden. Helaas was het gehalte Colchicine te laag voor een bruikbaar resultaat. Vandaag de dag wordt in India nog steeds gebruik gemaakt van de geneeskrachtige werking van Colchicine uit vooral de zaden en de knollen van de Gloriosa. Het middel wordt in India gebruikt bij erectiestoornissen. In Nederland wordt er een synthetisch Colchicine tegen Jicht (ontstekkingspijn) gebruikt.
Door onderzoek van Philips Duphar is de Gloriosa terecht gekomen bij Nederlandse snijbloemen- kwekers, die wel brood zagen in deze exclusieve bloem. In de 70-er jaren waren er tussen de 15 en 20 kwekers in Nederland. Momenteel zijn er nog ongeveer 5 Gloriosa- kwekers actief.
Sinds 1968 is het familiebedrijf van Ruiten gespecialiseerd in Gloriosa. Het assortiment is in de loop der jaren uitgebouwd van alleen de Gloriosa virescens ‘Rothschildiana’ naar meerdere soorten. Te weten: Gloriosa lutea, Gloriosa superba en Gloriosa simplex ‘Carsonii’ (bekijk alle Gloriosa soorten). Deze laatstgenoemde soorten worden momenteel gebruikt voor veredelings- doeleinden. Met op de toekomst gericht uitbreiding van het assortiment met nieuwe soorten.
Met 40 jaar ervaring heeft Gloriosa van Ruiten de kennis van de teelt en verkoop van Gloriosaknollen, Gloriosasnijbloemen en Gloriosapotplanten in huis.